Hou op met zeuren. Doe het dan niet, zult u zeggen.
Ga de wasmachine vullen, met de hond lopen, ga uitgebreid naar het toilet of sop een keukenkastje uit. Doe iets nuttigs.
Maar als schrijver blijf je zitten waar je zit.
Het schrijven van stukjes over schrijven is namelijk een poging om tot zelfontbranding te komen. Hoe meer men om de eigen brij heen draait hoe dichter het moment naderbij komt dat er een onderwerp opdoemt dat de moeite waard zou kunnen zijn. Al is het maar een eerste zin, een geur, een fluistering, een druppel licht.
De schrijver probeert zichzelf in dat soort stukjes los te schrijven.
Zich niet druk te maken over structuur, stijl en inhoud, het simpele handwerk, het ambacht, letters op papier, wellicht is het genoeg om de verlamming op te heffen die het humeur verpest en het leven van huisgenoten versombert.
Schrijven is kwelling en gelukzaligheid in een.
Het is wachten op de trein die diep vanuit de hersenpan komt aanboemelen, en wanhopen of de spoorlijn inmiddels niet opgeheven is.
Maar als de fluit gaat moet de schrijver klaarstaan om erop te springen en een plaatsje bij het raam te zoeken waar de landschappen, verhaallijnen en beelden voorbijglijden.
Kijk eens aan een eerste momentje die vorige zin.
De woordenmaker rekt zich uit en doet een oefening.
De associatieklieren trekken zich samen er worden voorzichtige verbindingen gelegd tussen de neuronen die twijfel en zelfvertrouwen regeren. Hier en daar komt de stoker met de smeerkan een scheutje dicipline toedienen.
Want hoeveel je ook geschreven hebt het is telkens een opgave om
te beginnen, de gêne weg te duwen, de ondermijnende gedachten af te snijden, de moed te vinden om wat pijnlijk en dichtbij is ook als waardevol materiaal te zien. En vooral de herinnering aan betere tijden op te poetsen.
Want soms gaat het vanzelf, marcheren de zinnen in strak gelid vanuit
de vingers naar het scherm is er zelfs te weinig tijd om ze te vangen,
Dan ligt de goede formulering voor de hand en is er zicht op de perfecte variant. Dan heft de schrijver zichzelf op, doet niets meer, er is alleen de stroom, hij geeft gelegenheid, zit op de eerste rij bij een voorstelling waar hij ademloos van geniet.
Ik zei het al het zijn de saaiste stukjes die ik ken, ze zeggen niets waar iemand wat aan heeft maar ze moeten nu eenmaal geschreven worden.
een stroom brave neuronen.
BeantwoordenVerwijderenZelfs uw saaie stukjes zijn goed te pruimen, ik kauw en herkauw.
BeantwoordenVerwijderenDe was hangt, het sanitair is gereinigd, bij gebrek aan hond deed ik een rondje glas en plasticbak.
Nu zit ik in de trein met beslagen ramen en wacht op de olieman.
En zelfs de navelstaarder zal dit edele deel van het buiklichaam nooit aan de praat krijgen, terwijl het een aangenaam gezicht kan zijn, iv
Verwijderenprachtig beeld, alleen mensen vinden dit saai, schrijvers niet!
BeantwoordenVerwijderen