Henk van der Hoeff Installatietechniek.
Met piepende remmen stopt het blauwe busje voor onze zomerresidentie.
De ketel hapert. Tenminste bij het douchen. Elke keer als ik de laatste dagen onder de massagestralen stap en mezelf, een verantwoord deuntje neuriënd, van top tot teen heb ingezeept slaat hij toe , ‘our CV from hell’, en geeft het warme water er na enkele minuten lafhartig de brui aan.
De eerste keer dat mijn ochtendritueel uitmondt in deze kille ontnuchtering moet ik mijn haar nog uitspoelen. Ongeloof en verontwaardiging strijden om voorrang op het moment dat ik een snelle stap achteruit doe. Vervolgens het dilemma; gewoon afdrogen en met een hoofd moddervet van de shampoo de dag in of.. Dan neemt Flinkik het over en dringt de kou met duizend venijnige speldenprikken mijn schedel binnen . Omdat een mens behept is met een evolutionair gevormd aanpassingsvermogen, voer ik de volgende ochtend de snelheid waarmee ik de sanitaire handelingen verricht zo op dat ik, net voordat de ijstijd intreedt, onder de straal vandaan stap en een lange neus naar de douchecabine kan trekken. Got you!
Maar ja, dat zal zo’n ketel worst wezen, en op de lange duur gaat de kwaliteit van de bewassing eronder lijden.
Dus Henk van der Hoeff gebeld.
Henk van der Hoeff is een lange blonde man van midden dertig, type boerenzoon product van het frisse buitenleven, rode konen en een open blik. Met de nadrukkelijke opgewektheid van de vakman die elk technisch probleem als een vermakelijke uitdaging beschouwt klost hij met grote stappen en luide stem ons huisje binnen terwijl hij een indrukwekkende gereedschapskist met zich meezeult.
Henk is wat later dan afgesproken.Vier uur later om precies te zijn. Dat komt, vertelt hij, vanwege de kippenstal waar hij een tijdje met de ventilatie heeft gestoeid.
Als ik achter hem kijk zie ik dat verhaal bevestigd in wat zijn profielzolen aan pluimveeresten op onze vloer achterlaten.
‘Inst.contr. EA’, knippert het display op de ketel die verdekt opgesteld in een kast in mijn werkkamer hangt.
‘Hmm, een foutmelding’, mompelt Henk.
Hij schroeft de huls van de ketel en klopt met een buitenmodel waterpomptang hardhandig op onderdelen die mij als leek toch kwetsbaar voorkomen.
‘EA, EA’ , Henk herhaalt de letters als een Zenboeddhist zijn mantra, en maakt met zijn tong tegen zijn verhemelte nadenkende tuttutut geluiden.
‘Ú heeft zeker geen boekje’, nee geen boekje , boeken zat, maar niet over de ketel.
Mijn vertrouwen in Henk krijgt een deuk als hij naar buiten loopt met de mededeling dat hij de fabriek gaat bellen. Ook bij Vaillant blijkt ‘EA’ een onbekende, en pas nadat ik Henk erop gewezen heb dat we hier te maken hebben met een BOSCH verwarmingsketel, komt er licht in de duisternis.
De luchtdrukwachter functioneert niet.! Henk is weer on track en legt mij omstandig uit dat die de verdeling van het warme water over radiatoren en douche bewaakt.
Een onderdeel van niks, maar het moet besteld.
Een week later knarsen de banden van Henk van der Hoeff Installatietechniek over het grind in onze border en verpletteren een net overgeplante hortensia tot moes.
Enthousiast komt Henk met een klein doosje in zijn enorme handen de bus uit.
‘Hier is ie’. Eenmaal binnen gaat de gereedschapskist open. Ik zie een tot wanhoop stemmende hoeveelheid tangen, draaiers en sleutels in een onbeschrijfelijke wanorde, ten bewijze van een werkwijze die niet maalt om een schroefje meer of minder.
Thuis hebben we te maken met een CV monteur die zijn gereedschap met chirurgische precisie in een attachékoffertje heeft geordend, het met tegenzin tevoorschijn haalt en zijn moersleutels het liefst zou steriliseren voor ze weer in hun houders gaan.
Henk draait, puft en schroeft en spoedt zich weer naar de bus om met een apparaat terug te keren dat hij zwoegend met twee handen over de drempel sjouwt. Een onbegrijpelijk pre-historisch monster, met slangen en poten, categorie haakse slijper en thuisbetonmolen waar je als normaal mens in Doe Het Zelf zaken met een wijde boog omheen loopt.
Nog voor ik wat kan vragen slaat met oorverdovend lawaai de compressor aan en doet ons huisje op haar grondvesten trillen.
Henk schreeuwt dat hij de zaak even door moet blazen voordat de luchtdrukwachter geïnstalleerd kan worden. Daarna zijn onze problemen voorbij, verzekert hij met een glimlach.
Grondigheid qua blazen kan Henk niet ontzegd worden, een dichte wolk oud stof drijft mijn werkkamertje binnen en slaat neer op kast, boeken, vloer, computer, bureau en luidsprekers. Voordat ik, ten prooi aan een onbedwingbare hoestbui, de deur achter me sluit,
mime ik ‘mondkapje’ naar Henk, die al proestend aangeeft een dergelijke beschermingsmaatregel totaal overbodig te achten.
‘Ínstell. Control. C1’, zegt het display wanneer ik even later op verzoek van Henk de douche heb aangezet. ‘Hmm’, mompelt Henk en meldt een telefoontje later dat nu ook het vierpuntsinlaat spruitstukje vernieuwd moet worden. En inderdaad dat moet besteld!
Als ik die avond de laatste emmer zwart water heb weggespoeld en Henk mij telefonisch voor 100% verzekerd heeft dat asbest in dit soort ketels niet gebruikt werd, ben ik hevig toe aan
een hele lange en hele hete douche. En we besluiten noodgedwongen voor een tijdje de terugreis naar het basiskamp te aanvaarden.
Na een dag of vier belt Henk, de zaak draait als een zonnetje.
Hij heeft bij de receptie maar even een sleutel geregeld, want we waren er niet.
‘En als er storingen zijn, gewoon bellen: Henk van der Hoeff!
Jullie weten me te vinden hè.?’
We weten het.
Ik heb genoten van dit minidrama.
BeantwoordenVerwijderenSta ik vanmorgen onder de douche, er daalt heerlijk warm water op mij neer, denk ik opeens
BeantwoordenVerwijderen"vierpuntsinlaat spruitstukje". Raak dat maar weer kwijt de rest van de dag...met dank aan Henk.
Wat weer een verrrukkelijk verhaal Pasquaili. Een echte Nurks!
BeantwoordenVerwijderen