dinsdag 31 augustus 2010

Pinguins op de Ossenmarkt

De laatste valse inspeelnoten
van ons aller Noord Nederlands Orkest
waaien over het eeuwenoude plein

De Vereniging voor Volksvermaken
heet ons allen hartelijk welkom
op dit jaarlijks terugkerend festijn

Als d’ Olle Grieze klokslag negen slaat
verschijnt de burgervader met zijn gevolg
van zwartwitgeklede chique VIPs

Door een streng bewaakte toegangspoort
waggelt het gezelschap en neemt plaats
op ruime zetels voor hun dure bips

Moe van een hele dag Bommen Berend
en vol van suikerspin op discostok
staan wij op de koude klinkergrond

Omdat het grootse vuurwerk ons nog wacht
stappen wij terug uit het gedrang en
ploffen op onze doodnormale kont


(c) Papagoose, schrijfveer "Een stap terugdoen", 31-08-2010

zondag 29 augustus 2010

Linoleum (schrijfveer)

Het was een houten gebouwtje, op een hoek waar tegenwoordig een onoverzichtelijk kruispunt ligt. Doordat de grond sneller zakte dan het gebouw, werd de toegangstrap jaarlijks met een stoeptegel verhoogd. In het midden van het gebouw was een speelzaal. Op de vloer lag linoleum. Ooit was de kleur felblauw geweest, nu was de kleur vervaagd tot een vaag grijsblauw. Aan de linkerkant van het gebouw was de ene kleuterklas gelegen, aan de rechterkant was de zaal van de andere kleuterklas.

Op maandagavond was het gebouw geen kleuterschool want dan werd er geoefend door verschillende meisjes uit de buurt, die samen de majorettes vormden. Driftig stonden zij te zwaaien en te goochelen met een ijzeren staaf die aan weerzijden was voorzien van een witte gummibol. Op het ijzeren gedeelte waren aan twee kanten gaatjes aangebracht, waar je de stok met beide handen moest vasthouden.

Er werd geoefend met het keurig in patroon lopen en het losjes gooien met de stok. De baton, wel te verstaan. Het gaf geroffel op de linoleumvloer met stampende voeten, gecombineerd met hier en daar een vallende stok. De jongste meisjes, van vijf of zes jaar, droegen een rood armbandje om de linkerpols. Het marcheren begon namelijk altijd op links. Ging dat fout, dan kon de hele groep weer opnieuw beginnen.

Op een van de avonden voor de grote schoolvakantie aanbrak, werd aangekondigd, dat de nieuwelingen nà de schoolvakantie mee mochten lopen op straat, vóór de drumband uit. Er mochten uniformpjes gepast. Ik barstte bijna uit mijn rode gympakje van trots. Het uniform bestond uit een wit hoedje en een rode veer, een rode cape, een rood shirtje en een wit rokje met rode bies. Topstukken van het geheel waren de witte laarzen, mèt hak en een rode vlam op de zijkant.

Tussen de andere kleutermeisjes stond ik die avond het uniform te passen. Als bijna kleuter-af transformeerde ik in een echte majorette. In de vakantie zou ik driftig oefenen om het verschil tussen linkerhand en rechterhand goed te onthouden. Het was niet nodig. Nog diezelfde avond, na het passen, riep de majorettejuf me bij zich. Ze vond me te speels, om me op straat los te laten tussen het majorettepeloton. Ik moest nog maar een jaar verder oefenen. Daarna zagen we wel verder. Zwaar teleurgesteld en beledigd trok ik mijn majorette-uniform uit.

Na een droevige week klom ik met mijn moeder de eerstvolgende oefenavond de trap weer op, naar de majorettezaal. Met mijn hand in die van mijn moeder gelegd, vertelde ik de majorettejuf verdrietig, dat ik nooit meer wilde majoretten. De liefde was over. Dat was niet waar natuurlijk, het heeft nog jaren geduurd voor ik zonder pijn naar de met drumband en majoretten opgeleukte Sinterklaasoptocht of de Koninginnedagoptocht kon kijken.

Later, in mijn periode van eigenwijze jonge puber, kwam er opnieuw een houten gebouw in mijn leven, met weer een linoleumvloer. Een felblauwe, nog nagelnieuw. Na een periode van lang en geduldig oefenen, eindigde ik wat jaren later als derde op de Nederlandse Kampioenschappen voor majorette solisten. Ook beoefende ik nagenoeg de kunst van bijna alle instrumenten van de drumband.

Mijn betere helft bleek ook in dat gebouw rond te lopen, daar op die linoleumvloer. Mijn vriendje en ik kregen voorzichtig verkering. Het gebouwtje en het linoleum veranderde ons van onhandige slungels in zelfbewuste adolescenten. We trouwden. In datzelfde houten gebouw, op de linoleumvloer. We vierden feest, met onze vrienden en vriendinnen van de drumband en majorettes.

vrijdag 27 augustus 2010

De kunst van het liefhebben (sv)

Twee lichamen
smelten samen,
Geboetseerd
tot een geheel
vormen zij
beeldende kunst,
een
naadloze
overgang
van de een
in de ander

© Odette
(schrijfveer Liefhebben is een kunst)

Liefhebbers

Hoe zonder verwijt
het echtpaar in tweezaamheid
de dagen verslijt



(c) Papagoose, schrijfveer "De kunst van het liefhebben", 27-08-2010

donderdag 26 augustus 2010

woensdag 25 augustus 2010

Indianenritueel

Strak onbewogen
rokend de pijp doorgeven
vooral niet hoesten.

De Vierkleurenpen (schrijfveer 21 augustus)

Bijna nooit mocht hij gebruikt. Daar, op het hoekje van mijn lessenaar, lag hij te pronken. Als hij uit het laatje mocht. Een gekregen schat, voor school. Het was een juweel van zilver leek het wel, met aan elke zijde een schuifje met een klein knopje, om daarmee de penvulling van en op zijn plaats te schuiven. Het gaf een zacht schrapend geluid, wanneer dat gebeurde. Schriften vol zou ik ermee schrijven.

Met rood schrijven mocht nooit. Dat recht was uitsluitend aan de juffrouw voorbehouden. Dat deed ze dan ook graag, in mijn schrift. Fouten werden voorzien van veel uithalen, strepen en uitroeptekens. Aangezien de juf was gezegend met een enorme rij tanden –we noemden haar niet voor niets juffrouw paardenbek- haalde ik het niet in mijn hoofd, stiekem toch met rood te schrijven. Dat setje tanden kon me akelig toegrijnzen op een kille maandagmorgen, ik wist nooit hoe het afliep.

Zwart mocht alleen op vrijdagmiddag, wanneer de andere taken klaar waren. Anders niet, dan bleef het bij de blauwe bic pen, die door de school was verstrekt en waarmee we schrijfles kregen. Positief opvoeden, complimenten geven en de goede antwoorden benadrukken met een groene krul, bestond niet in mijn schooltijd. Groen werd dus ook maar naar het binnenste van de pen verbannen. Samen met haar maatje rood, moest zij in de zilveren schacht blijven bivakkeren. Soms moest ik goed opletten, wanneer ik enkele malen met de pen had geklikt en geklakt, of er niet per ongeluk tijdens het schrijven, toch stiekem een van de verboden kleuren tevoorschijn kwam.

Wat van mijn pennenschat overbleef, was de kleur blauw. Dezelfde kleur als waarmee we onze taken, de dictees de rekenwerkjes en alle andere vervelende vakken moesten uitschrijven. Toch was de kleur blauw uit mijn vierkleurenpen een veel mooier soort blauw dan die uit mijn schoolpen. Waar mijn schoolpen een fletse kleur blauw produceerde en akelige vlekken achterliet, was dat bij de vierkleurenpen totaal anders.

Prachtig diepblauwe inkt, als van een verre mysterieuze zee uit de sprookjesboeken, kwam uit de zilveren punt naar buiten gerold. Het schrijven ging gemakkelijk, ging vanzelf. Mijn opstellen kwamen vanzelf uit de inkt tevoorschijn, nadenken hoefde ik nauwelijks. De pen leek een eigen leven te leiden, spellingsfouten kwamen in mijn opstellen niet meer voor. en als ik van binnen dacht mijn opstel op te leuken met een mooie gekleurde tekening erbij, dan leidde mijn pen mij af door mij nog een prachtige zin te laten opschrijven.

Eens per jaar, zo rond de tijd dat de kerstvakantie aanbrak, mocht ik alle kleuren uit de pen tevoorschijn toveren. We mochten kersttekeningen maken en kaarten versieren en dan was rood toch wel prettig. Ik tekende de mooiste rode hulstbesjes en natuurlijk enkele rijk versierde rode kerstballen, die ik driftig in de groene kerstboom, waarin getekende naaldjes, kleurde. Met kerst haalde ik het niet in mijn hoofd om zwart te gebruiken. Die kleur werd door mij vrijwillig opgesloten in de zilveren pennenhuls.


Mijn ogen slaan op, kijken in de richting van de trainer, die zich vooraan in de vergaderingsruimte bevindt, bij het bord. Ik volg vandaag een training over bewustwording, leven in het nu. Op het bord staat een zin geschreven. Op de rechterhoek van mijn tafel, ligt een pen.

“Later is allang begonnen” *) schrijf ik, in vier kleuren.


*) De spreuk is van Harrie Jekkers, waarvoor dank.

Aardappels schillen

Het heeft heel wat voeten in aarde voor ik dit blogje over het schillen van aardappels - of zijn het aardappelen - op de site heb. Met het zien van de schrijfveer zag ik hem weer zitten: mijn vader die aardappels jast. Een van de weinige bezigheden waarmee hij mijn moeder in het huishouden hielp. Hoewel wij - zijn kinderen - het er over eens zijn dat hij met 67 jaar te jong gestorven is, zijn we het er ook over eens dat het goed is dat hij moeder niet heeft overleeft. Mijn vader kon nog geen ei koken laat staan bakken.

dinsdag 24 augustus 2010

De eerste

Een zondige monnik uit Geldrop
Deelde zijn cel met een opblaaspop
Zijn leven kreeg kleur
Door deze primeur
Zij was Brabant’s eerste kloostermop


(c) Papagoose, schrijfveer "Mijn eerste mop", 24-08-2010

maandag 23 augustus 2010

Geloof is zeker weten.

Freek de Jonge twitterde een paar dagen geleden deze link rond:

 http://www.youtube.com/watch?v=WLKk00OYKhU
 
Voor wie hem nog niet gezien heeft: helemaal de schrijfveer van vandaag!

zaterdag 21 augustus 2010

Schrijfveer: De vierkleurenpen

Een hanepotenbrief met elke letter in een andere kleur. Rood, geel, blauw, groen. Van mooist naar minst mooi en dan weer opnieuw. Met de tong uit haar mond is hij geschreven. Ik was er niet bij, maar als moeder weet je dat gewoon. Af en toe een blik op afstand of het juiste resultaat bereikt werd en uiteindelijk zorgvuldig scheef gevouwen en onder mijn dekbed gelegd om gevonden te worden. Dat deed ik. Toen ik mijn bed instapte.

'lieve mamma sorrie dat ik stout was ik vind jou wel lief' kon ik, met wat moeite, ontcijferen. De letters werden omringd door hartjes en kruisjes, als vierkleurenkusjes.

Zachtjes sloop ik naar haar bed en drukte een éénkleurenkus op haar voorhoofd.

vrijdag 20 augustus 2010

Zichzelf

In Sevilla op een uithangbord
staat geschreven wat geboden wordt:
“Ik scheer elke man,
die dit zelf niet kan.”
Echter, hier doet hij zichzelf tekort.


(c) Papagoose, schrijfveer "een definitie van zichzelf", 20-08-2010



Een voorbeeld van een paradox uit de verzamelingenleer is de barbier van Sevilla. In de Middeleeuwen had de barbier van Sevilla een uithangbord: "Ik scheer alle mannen die niet zichzelf scheren". Hij wist echter geen antwoord toen iemand hem vroeg: en scheert u uzelf of niet? Met andere woorden, gegeven de verzameling van alle mannen die zichzelf niet scheren, behoort de barbier tot deze verzameling? Soms wordt gegrapt dat de barbier een vrouw is, waardoor de paradox vermeden wordt.
Bron Wikipedia.

donderdag 19 augustus 2010

Schrijfveer: Aardappels schillen

Tot ik een jaar of tien was woonden wij in dezelfde straat als tante Jo. Zij was getrouwd met de broer van mijn vader. Regelmatig ging ik naar ze toe. Niet omdat ik het er leuk vond, nee, ik was op onderzoek uit. Regelmatig hoorde ik mijn ouders fluisteren dat tante Jo en ome Ab het beter hadden dan wij, maar ik begreep daar niets van.

Vrijwel dagelijks ging ik op zoek naar dat 'meer' en 'beter'. Zij hadden een lief hondje, maar dat hadden wij ook. Zij hadden drie zoons, wij drie dochters. Die vielen ook tegen elkaar weg te strepen. Banken, stoelen, bedden. Zij hadden hetzelfde dan wij. We hadden zelfs hetzelfde huis, qua bouw! Elke keer moest ik teleurgesteld huiswaarts keren, naar mijn wereld, die zich deels in boeken afspeelde en die zoveel leuker was, dan bij mijn tante.

Na maanden observatie liep ik tegen etenstijd bij ze binnen en wat ik daar zag... Mijn tante was aardappelen aan het schillen met zo'n snelheid en zulke dunne schilletjes, dat mijn mond openviel. Ze keek op en lachte. Liet de schilletjes nóg dunner op de oude krant kringelen. Elke aardappel één schil. Razendsnel kon zij zonnetjes schillen. Uit één stuk. Hondjes, draken. Ze was een ware schilkunstenares.

Ik was er uit. Een huis waar zo geschild werd, daar moest het wel beter en meer zijn. Gerustgesteld kwam ik thuis en besloot mijn tante alleen nog rond etenstijd te bezoeken.

dinsdag 17 augustus 2010

De schrijfveer van vandaag

Met zijn drieën zitten we op een rijtje. Links de oudste, rechts de middelste en de jongste in het midden. Net zoals we op de foto's staan, die decennia geleden genomen werden. De kindergezichtjes kijken zorgeloos de camera in, niet wetend dat het plaatje, dat van dit moment afgedrukt gaat worden, tientallen jaren later nog bekeken wordt.

Met zijn drieën zitten we naast elkaar. Links de oudste, rechts de middelste en de jongste in het midden. Gezichten getekend door levenslust en de daarbij, als vanzelfsprekend, horende fouten. Zes ogen kijken afwachtend de camera in, wetend dat, door onenigheid, elk moment een scheur in het opvallende drietal kan ontstaan.

Drie zussen naast elkaar. Links de oudste, rechts de middelste en de jongste in het midden. De scheuren in de foto zijn opgelapt en beginnen zich nu langzamerhand in de gezichten te groeven. Comatueuze hersenverwoesting zit links, Borderline zit rechts. Ik kijk een beetje opgelaten de camera in, mezelf schuldig voelend over het feit dat ik slechts prettig gestoord ben.

Moet ik daarom altijd in het midden?

Ouderwets

Bij De Brink en Kneef
was antiWildersman Dries
ouderwets op dreef


(c) Papagoose, schrijfveer "Ouderwets goed op dreef", 17-08-2010

Schrijfveer: Schoenen die ik nóóit kopen zal

Schoenen met hakken zo hoog, dat je het einde van de wereld kunt zien. Als kind droomde ik ervan. Stiletto's, naaldhakken: Wacht maar tot ik groot ben!

Vijfendertig jaar later begrijp ik dat stiletto's moordwapens zijn en dat ook naalden pijn kunnen veroorzaken. Bovendien word ik op het moment dat ik uitkijktorenschoenen aantrek binnen de kortste keren wel erg laag-bij-de-gronds.

Ik houd het maar bij mijn flatjes. Het woord klinkt groots, maar ze houden me op de hoogte die het best bij me past.

maandag 16 augustus 2010

Hoogmoed

Schoenen
waar ik naast moet lopen
zal ik nooit kopen


(c) Papagoose, schrijfveer "Schoenen die ik nooit zal kopen", 16-08-2010

Schoenen die ik nooit zal kopen

Soldatenlaarzen
marcheren door plassen bloed
geen schoen te krijgen.

zondag 15 augustus 2010

Toekomstmuziek

Als ik later groot ben ga ik wonen
in een wereld zonder speeltuinen of parken
ergens zonder frisse lucht en daglicht
tussen schoorstenen in plaats van bomen

in een huis van heel sterk plastic
prikkeldraad op het balkon
zonder tuin, met videobewaking
wie mijn buren zijn wil ik niet weten

en ik werk dan in een kerncentrale
ik draag iedere dag een witte jas
in het weekend rijd ik met mijn kinderen
in een soort gepantserd voertuig

naar het strand om olievogels te bekijken
nee, we stoppen nergens onderweg
overal zijn veiligheidstroepen
en die schieten vaak met scherp

ook wel eens op de verkeerden
de goeien dus, in ons geval
maar nu ga ik lekker slapen
met mijn knuffel en mijn beer

en onder mijn kussen heb ik
uiteraard nog mijn geweer.

De bewoners van dit pand

"Heb je het al gehoord van die vrouw, die rechtsboven jou woont?"
"Die met die Mariabeelden voor de raam?"
"Nee, die daarnaast, weet je wel, met die man van haar, die betweter."
"Ik heb nog niets gehoord, maar vermoed dat dat nu zal gaan gebeuren."
"Die vrouw van hem, he, die kon het niet meer aan. Is ook moeilijk, hoor, om met zo'n man om te gaan. Ook al heeft zij gelijk, hij weet haar altijd weer af te snoeven."
"Hij overpraat iedereen toch?"
"Ja, maar vierentwintig uur per dag... Dat trek je toch niet. Zij trekt het niet meer, slaapt al drie weken op de bank en gister..."
"Even wachten, dan schenk ik nog even een bakkie bij. Zo, we zijn weer compleet: Jij, ik en koffie. Vertel!"
Nou, gister is het helemaal uit de hand gelopen. Ik hoorde het van de Mariabeelden-mevrouw, die overigens ook niet zo Christelijk is als ze doet voorkomen, maar dat vertel ik straks wel."
"Wat is er dan gebeurd?"
"Die buurvrouw hoorde geschreeuw en geroep, zo van 'nu heb ik er genoeg van' en daarna gerinkel van glaswerk en een slaande deur. Toen ze er vanochtend vroeg langskwam was de bank leeg, dus we denken dat ze weg is."
"Net goed voor die vent. Ik hoorde dat hij al haar gangen naging."
"Oja, joh?"
"Ja, controleerde haar telefoon en haar bonnetjes en achtervolgde haar met valse namen op internet, om te kijken of ze ergens voor in was."
"Wat een klootzak, maar goed dat ze weg is."
"He, kijk daar eens, die auto."
"Dat is ze, he? Maar wie is die vent naast haar?"
"Nouja, zeg. Dat is... Dat is... Mijn man. Zie je dat?"
"Waar dacht jij dat hij was?"
"Vissen, natuurlijk, waarschijnlijk is hij haar daarnet tegengekomen."
"Ja.. Jaa, maar... Niet kijken."
"Te laat. Die vieze gluiperd. Hij kust haar. Ja, vanaf mijn flat kun je dat niet zien."
"Oh, hij heeft niet door dat je bij mij zit. Wat nu, meid?"
"Ik ga er naartoe."
"Nee, niet doen. Die studenten van beneden kunnen dan alles horen, joh. Dan gaat het verhaal als een lopend vuurtje rond."
"Ik ga hem vermoorden, echt, hou me tegen!"
"Niet doen, joh, dat is hij niet waard."
"Niet waard, niet waard?"
"Oh, mijn god, hoorde je die knal, kom, kijken."
"Oh, mijn... Oh, nee, neeeeee."
"Ik vrees dat de rechtsbovenbuurman het nu ook beter weet. We bellen 112 en gaan kijken."
"Ik kan niet... Ik wil niet... Koffie. Eerst koffie.

Tringggggg

"Goedemiddag, wij zijn van bureau Jeugdzorg."
"En bedankt, he, Adriaan."   
;-)

Nooit alleen

In haar web de spin
de stofmijt en de schimmel
naast de muizenis.




Schrijfveer over ''De bewoners van dit pand''.

Alles is mogelijk

Wie een verse eend
als Julia Child ontbeent
is van leed gespeend


(c) Papagoose, schrijfveer "Alles is mogelijk", 14-08-2010

zaterdag 14 augustus 2010

vrijdag 13 augustus 2010

Zorg op maat (schrijfveer, alles is mogelijk)

De grafdelver van de gemeente B. wandelt mijn kantoor binnen en zegt:
"Ik ben bezig het graf van meneer Bakker te graven maar het is daar op die plek aan de krappe kant, kan ik even de maat van zijn kist nemen. Ik kan niet maken dat hij straks plaats tekort komt".
Samen lopen we naar de koeling waar meneer Bakker op zijn uitvaart ligt te wachten.
De grafdelver trekt zijn duimstok en neemt vakkundig de maat van de kist terwijl hij mompelt:
"Nou 10 centimeter extra, dat moet lukken."  Hij tast nog even onder het gedrapeerde satijn en vindt daar koperen hengsels, die hem doen besluiten toch maar 20 centimeter extra te graven. Tevreden vertrekt hij naar zijn klus op de begraafplaats.

Een ding is zeker meneer Bakker wordt op "gepaste" wijze ter aarde besteld.

Ferrara

De naam Bakker is gefingeerd

Quiberon


Tussen duizend toeristen
op bijna-eiland Quiberon
stapvoets rijden
langs surfstrand
en Crêperie

Door dichte ramen
met de airco aan
ruik ik de zee


(c) Papagoose, schrijfveer "Ik ruik de zee", 13-08-2010

woensdag 11 augustus 2010

Schrijfveer van 10 aug.: Een korte brief

Beste Mijnheer de Dief,


Mag ik u allereerst complimenteren met manier waarop u uw vak beheerst? Sjonge, ik heb totaal niet gemerkt dat u met uw handen in mijn tas zat. Wel vraag ik mij af of u alleen werkzaam bent of dat u een compagnon hebt, die vette vangsten vooraf registreert. Ik was vandaag een vette vangst. U zult erg blij geweest zijn toen u op het toilet van de Efteling de inhoud doorzocht. Op de ochtend had ik namelijk mijn complete vakantiegeld gepind, met de gedachte, die 's avonds goed op te bergen.

U zult begrijpen dat ikzelf minder blij dan u was, toen ik mijn gemis bemerkte. Momentenlang kon ik zelfs geen woord uitbrengen. Totaal verbouwereerd. Ik zag de vakantieberg, die ik in gedachten had, slinken totdat er alleen nog een dal overbleef. En dan bedoel ik niet het dal der lusten, hoor! Ik moest mijn kinderen vertellen dat de dingen, die ik beloofd had met ze te zullen gaan doen in de vakantie, niet door kunnen gaan. Ik vond dat moeilijk. Zij ook.

Maar, Mijnheer de Dief, ik heb mij door u of jullie niet uit het veld laten slaan. Op het moment dat ik mijzelf weer bijeengeraapt had, stonden we eigenlijk op het punt om naar huis te gaan en weet u wat ik gedaan heb? Ik heb er alsnog een fijne dag van gemaakt. Niet dankzij u, maar voor mezelf en de kinderen en voor iedereen die zichzelf 's ochtends met schoon geweten recht aan kan kijken in de spiegel.

U kunt namelijk mijn portemonnee wel stelen, Mijnheer de Dief, maar mijn goede humeur is onaantastbaar.

Met vriendelijke groet,

Arta

maandag 9 augustus 2010

Schrijfveer: Geen wegen, alleen bestemmingen

"Weet jij de weg?"
"Welke weg?"
"De weg ergens naartoe."
"Waar naartoe?"
"Nou, gewoon, iedereen wil toch wel ergens naartoe?"
"Ik niet."
"Jij verplaatst jezelf nooit?"
"Nee."
"Heb je ook geen dromen of wensen?"
"Jazeker wel, maar daar heb ik geen wegen voor nodig."
"Om bestemmingen te bereiken heb je toch wegen nodig?"
"Naar mijn bestemmingen zweef ik, in gedachten."

Arta

zondag 8 augustus 2010

De stof van zijn broek

Ik zag hem gisteren lopen op de parkeerplaats bij een hotel.
Jonge man , slank postuur, zwarte haardos glimmend van de gel, smetteloos wit overhemd.
Ik begreep niet waarom hij mijn aandacht trok maar opeens zag ik het, mijn ogen bleven haken aan zijn broek.
Diep donkerblauw van een glimmende stof die ik nog nooit had gezien. Het leek of hij de broek had ingesmeerd met transparante lak. Ik vroeg mij af waarom ik de rest van de dag die broek niet uit mijn gedachten kreeg. Maar nu weet ik het. Daar liep de schrijfveer van vandaag.

Ferrara

zaterdag 7 augustus 2010

Schrijfveer: Een helende steen

Mijn moeder houdt van stenen. In alle soorten en maten. Zeker wanneer ze helend zijn. Rugpijn? Voor je het weet hangt een bergkristal om je nek. Maagpijn? Jaspis lost het op.

Toen mijn dochter een baby was sliep zij erg slecht. Van oma kreeg zij een prachtige sodaliet om het tegen te gaan, maar het mocht niet baten. Marie bleef slecht slapen. Topaas, granaat, alles haalde mijn moeder uit de kast. Het werkte niet. Marie ging steeds slechter slapen. Ik begreep er niets van.

Een tijd later moest ik het matras van het ledikantje draaien. Ik lichtte het op en tot mijn verbazing lagen er meerdere stenen van verschillende afmetingen onder, tegen elke vorm van 'babykwaaltje'. Geïrriteerd haalde ik ze weg.

Die nacht sliep mijn prinses op de erwt voor het eerst een hele nacht door.
 
Arta

vrijdag 6 augustus 2010

Schrijfveer: Tussen twee stilten even luid geweest

Omringd door stilte staart hij naar het beeldscherm van zijn computer. Surft, rent, zweeft door de virtuele wereld van hot naar her en terug. Filmpjes, informatie, nieuws. Bijna dwangmatig absorbeert zijn brein de indrukken. Verdwaasd kijkt hij op. Wat is dat? Het duurt een aantal seconden voor hij door heeft dat geluid hem omringd. Zijn telefoon. Hij kijkt op het beeldschermpje. "Dag moeder." Schel gekwetter dringt zijn oor binnen.

Een schreeuw. "Laat me, mama, laat me met rust!"

Beheerst legt hij de telefoon terug op het bureaublad. Zijn hand grijpt naar de muis. Verstand op nul. Filmpjes, informatie, nieuws. Bijna dwangmatig absorbeert zijn brein de indrukken. Indrukken, die zijn leven meer beheersen dan zijn eigen ervaringen.

Arta

Opnieuw Beginnen

Mijn besluit hier opnieuw te beginnen staat vast. Ik start met eerder geplaatste verhaaltjes.
Naar aanleiding van de schrijfveer: "je eigen stem"

Ik praat
Ik schreeuw
Ik zing
Ik fluister
Hoor je mij?

Ferrara

dinsdag 3 augustus 2010

Welkom!

Wie mee wil schrijven, reageren, discussiëren op deze blogspot, kan een mailtje sturen naar trouwschrijvers@gmail.com .