woensdag 13 april 2011

Een mengeling van allerlei soorten verdriet

Vandaag schreef ik “Pasjas”. Beter had ik het Paljas kunnen noemen, een huilende clown of iets wat er op lijkt. Een ander woord heb ik er niet voor. Ik schrijf het allemaal zo simpel op, probeer de humor erin te houden maar het is niet altijd even gemakkelijk.

Een dag van gemengde gevoelens, die begon met het enthousiast onkruidvrij maken van de voortuin. Gezellig in de zon, met om klokslag half elf een bakje troost bij mijn moeder, tevens de buurvrouw (u weet wel, van dat plakhuis, de twee onder een kap). Halverwege de klus die ik zwaar had overschat werd ik tot tranen toe verdrietig over de meer dan trieste aanblik van de voorgevel van ons huis. De scheuren schieten als jonge boomscheuten in de stenen. En heus ik weet, eind mei komt de betonboer, maar dan nòg.

Tijdens dit soort verdrietige momenten vraag ik me in alle ernst af, of het ooit nog goed komt. “Tuurlijk wel,” zegt mijn innerlijke stoere Miep dan hardop. “Ik weet het niet,”fluistert mijn psychotische angsthaas van binnen zachtjes terug.

Na de koffie en de innerlijke woordenwisseling van beide hersenhelften kroop ik de voortuin weer in. Met droge ogen, verstand op nul. Vuist gebald: een oorlogsverklaring aan het onkruid.

Om half twaalf, net toen ik even naar binnen vluchtte –buiten heb ik geen toilet- werd ik opgeschrikt door de telefoon. De hypotheekmeneer belde met de vraag of we voor volgende week een afspraak konden maken om de offerte door te spreken, in te vullen en of we alvast de “aanvullende bescheiden” wilden verzamelen. Vroeger werkte ik in de papieren wereld, ik zou moeten weten welke papieren belangrijk zijn, maar na het telefoongesprek wist ik toch echt niet meer.

Volslagen in paniek probeerde ik alle mogelijke van belang zijnde papieren op te zoeken –tot aan de autopapieren toe- maar helaas leek de zorgvuldig opgeborgen stapel verdwenen te zijn. Verdrietig gaf ik de zoektocht op en blies de aftocht, opnieuw richting de voortuin.

Even later zag ik, dat brommerjoch, mijn overbuurjongen van nog net geen achttien, in een onbekende lesauto plaatsnam. Wat slingerend startte hij zijn eerste rijles. Een hoogtepunt, zeker voor hem èn voor zijn moeder, maar aan de andere kant tevens een dieptepunt. Nog geen twee maanden geleden is de vader van brommerjoch overleden, onze liefste en meest dierbare vriend. Vandaag voelde en proefde ik het verdriet om het verlies deze bijzondere man opnieuw. Veel te vroeg heeft hij afscheid van het leven en zijn wereld moeten nemen. Hij heeft niet meer kunnen zien, dat zijn zoon vandaag voor het eerst een auto heeft bestuurd.

Door de tranen in mijn ogen merkte ik overigens niet, dat ik in de tussentijd een prikkend onkruidje beetpakte. Het deed behoorlijk zeer. (nog, trouwens) Het tuingereedschap en de kliko heb ik daarop woest en nonchalant de achtertuin in geslingerd. Daar ligt het spul nog steeds, ongezellig naast het tuinbankje.

Heus, morgen gaat het vast beter, wordt het gezellig, kan ik weer lachen. Maar vandaag even niet.

5 opmerkingen:

  1. Mag ik je een handje zakdoeken aanbieden?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Een mooie, herkenbare opsomming van alle mogelijke vormen van verdriet. Na het voelen van verdriet, komt het kijken naar verdriet. Ik heb de schrijfveer ook geprobeerd, maar kwam niet tot een samenhangend geheel.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Jij reageert regelmatig met "chapeau", mag ik dat een keer voor jou doen.
    Klinkt zoveel mooier dan "petje af".

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Ja er zijn veel oorzaken die de waterlanders te voorschijn roepen!

    BeantwoordenVerwijderen